Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En alle mannen van zijn huis, de ingeborenen des huizes, en de gekochten met geld, [44]van den vreemde af, werden met hem besneden. 44. Hebr. van met den zoon des vreemden. De zin is, dat niet alleen de ingeborene van Abrahams huis en de gekochte besneden werden, maar ook de vreemden, die hem dienden, niet ingeboren noch gekocht zijnde. Anders, van den vreemden [te weten, zijnde] niet van Abrahams geslacht. Anders van den vreemden gekocht. Hebr. van den zoon, of kind eens vreemden, gelijk elders.